Regentesselaan 32

De eerste bewoners kwamen op 13 juli 1882 vanuit Leeuwarden naar hier. Het was het gezin van de in Nijmegen geboren gepensioneerde luitenant-kolonel der infanterie Marie François Jacques Phaff (1928-1911). De oud-militair was gehuwd met de in Rheden geboren Constance Gerhardine van den Berg van Saparoea (1840-1905) ze hadden drie inwonende kinderen, twee zonen en een dochter.

De volgende bewoners kwamen vanuit de Brinklaan, het was het gezin van de in Den Haag geboren verffabrikant en pensionhouder Willem Arnoldus van der Spek. (1876-). Van der Spek woonde hier met zijn in Amsterdam geboren vrouw, Johanna Maria Geertrui Ahrens (1875-1964). Inwonend was de dienstbode Gerritje Everdina Karssen (1891). Op 2 mei 1919 vertrokken ze naar Den Haag.

Op 7 mei 1919 kwam vanuit Bussum het gezin van de in Woudsend geboren Jan Solko Tromp (1859-1940), hij was net als de eerste bewoner ook een gepensioneerd luitenant-kolonel. Tromp was getrouwd met de in Neira (Ned-Indi ) geboren Johanna Francina Hartog (1870-1959), ze hadden één inwonende zoon, Jacobus Hilbrand.

In de Ericagids van 1941-1942 lezen we dat de essayeur Derk Johan Hulsbergen inmiddels woonachtig is aan de Regentesselaan 32.

Later woonden op dit adres: de arts M. Maureau, scheikundig ingenieur en later wethouder J.N. Kooij, J. Schoenmaker en de notaris Perlot.

Van bewoner Kooij kan ik mij de twee herdershonden herinneren die buiten achter het hek tegen iedereen luid blaften. Ook stond de brandweer meer dan eens op de stoep omdat Kooij met een sigaar in slaap viel en de slaapkamer uitbrandde.