Loolaan 346



Jan Jarman, buiten beroep, sluit op 16 november 1842 met het zedelijk lichaam de Marke Noord Apeldoorn, vertegenwoordigd door de buurtscholtis, Evert Jan van Oorsprong, papierfabrikant en de gezworene Johannes van Weenum, landbouwer bij acte 3183 verleden bij notaris Muller een erfpacht overeenkomst. Jan Jarman woont dan bij het Loo te Apeldoorn. Reeds op 11 april 1842 zijn er inschrijvingen in een register gedaan. Het in erfpacht gegeven stuk grond wordt door een voetpad doorsneden. Het meet bijna twee bunder, kadastraal bekend onder sectie I nummer 1216, heide schietende ten westen aan de beplantingen langs de straatweg van Apeldoorn naar het Loo, ten zuiden aan de bezittingen van de Ordermark en van de Noord- Apeldoornse Marke. Voorts ten oosten en ten noorden aan nieuw ontgonnen gronden van dezelfde Noord- Apeldoornse Mark: alles nabij het Loo. De heer erfpachter heeft op zijn erf een huis en gebouwen gesteld en een tuin, terrein tot vermaak. De erfpacht bedraagt fl. 25,50 jaarlijks. Op 1-2-1845 wordt de erfpacht omgezet in koop. (acte 3497) Kadastraal sectie I bestaande nu uit nr. 1298, huis en erf; 1299 heide en 1300 heide tesamen groot een bunder, 70 roeden 70 ellen.

De naam SWINEMUNDE zou terug te voeren zijn op het feit, dat of Jarman of een van zijn opvolgers vond dat het huis een naam moest hebben. Deze eigenaar, ging naar een zeehaven en benoemde het huis naar het eerst binnenkomende schip: de SWINEMUNDE. Jarman kwam uit Amsterdam. Hij was persoonlijk aanwezig bij het tekenen van de aktes en stond als wonende te Apeldoorn, maar is niet in het bevolkingsregister terug te vinden. Mogelijk, dat zijn hoofdverblijf elders was, (In sommige geschriften wordt 1840 als stichtingsjaar genoemd).

Onder L 4 genummerd vinden wij als tweede bewoner Johan Bernhard Jalink (geb. 1813), rentenier. Hij vertrekt in november 1851 naar Rheden.

Opvolger is Jean Louis Otto de Suarz (geb. 1809 in Den Bosch), ontvanger der belastingen, gehuwd met Maria Engelina Coirnelia van Opstall. Zij komen in april 1852 naar Apeldoorn en in 1854 verhuizen zij naar de naast gelegen, zojuist nieuw gebouwde villa op nr. 48.

In augustus 1854 arriveert Jacobus Gerardus Arnoldus Gallois, (geb. 1811 te Den Helder) oud hoofdambtenaar in voormalig NOI en gehuwd met freule Antoinette Gezina Johanna Elisabeth Holmberg de Beckfelt (geb. 1822 te Semarang). In mei 1857 vertrekken zij naar Den Haag.

Op 5 mei 1857 komt de luitenant-kolonel, Theodore Gevers Leuven (geb. 21-12-1801 te Tottenham), gehuwd met Susanna Sara Elout (geb. 13-3-1797). Zij blijven een half jaar.

In november 1861 vestigt zich hier Peter Marius Tutein Nolthenius (geb. 16-4-1814) te Amsterdam met zijn tweede vrouw Jeane Fetmenger, drie kinderen en zijn moeder Julie Nolthenius geb. Tutein (geb. 1782 te Kopenhagen). P.M. Tutein Nolthenius is burgemeester in Apeldoorn van 1864 tot 1872. Direct na het be indigen van zijn ambt vertrok P.M. voor langere tijd naar het buitenland, voornamelijk voor de opleiding van zijn twee jongste zonen. Apeldoorn bezat nog geen middelbare school in die tijd. Zijn weduwe keert later na zijn overlijden weer terug naar Apeldoorn en gaat wonen naast het Bas Backerhuis op de hoek van de Sprengenweg en de Hoofdstraat (Villa Nuova).

Wanneer de zoon mr. H.P.M. Tutein Nolthenius hier op 1 augustus 1897 als burgemeester wordt benoemd heeft hij hier zijn eerste onderkomen. De nieuw benoemde burgemeester Adriaan van Hasselt trekt tijdelijk bij de familie aan de Loolaan in. (28 juli 1872).
Na het vertrek van de familie Tutein Nolthenius verhuist de familie van de jonkheer H.F.M.E. Sandberg (geb. 27-10-1847 te Zwolle) naar SWINEMUNDE. De jonkheer was op 15 maart 1871 benoemd tot rentmeester van het paleis het Loo en zij hebben tijdelijk gewoond in een gedeelte van Loolaan 39. Hij is getrouwd met jonkvrouw Suzanne E.C. Bronkhorst (geb. 15-8-1844 te Den Haag)
Hun eerste kind Rudolph (geb. 6-1-1873) is na een half jaar overleden. De tweede zoon (geb. 16-4-1874) wordt Ludo genoemd. De derde zoon Willem Bernardus komt later bij Loolaan 50 nog ter sprake. Op 7 oktober 1886 wordt de jonkheer benoemd tot intendant van Z.M. Hij treedt af als wethouder van Apeldoorn.
Zij verhuizen 27 oktober 1888 naar Den Haag maar keren op 30 december 1896 terug naar Loolaan 50.

J. Noteboom koopt op 18 september 1897 de villa voor fl. 31.640,-

Vervolgens koopt op 16 september 1899, E. van de Oudermeulen (geb. 17-4-1867) de villa. Vanaf 13 april 1900 betrekt hij de buitenplaats samen met zijn vrouw, jonkvr. Van Haeften (geb. 15-4-1873), zijn zoon (geb 21-8-1894) en twee dochters (geb. 14-9-1895 en 23-5-1897). Tot 1939 blijft de weduwe er in wonen.

Op 23 september 1939 wordt SWINEMUNDE ten gevolge van de uitgeroepen mobilisatie toestand tot distributie bureau ingericht. Voor de brandverzekering wordt het op fl. 35.000,- heropbouwwaarde verzekerd. Omdat de soci teit, ook als distributiekantoor in gebruik, door de Duitsers wordt gevorderd, moet ook het koetshuis als distributie kantoor worden ingericht.

In 1945 na de bevrijding wordt de villa arbeidsbureau. Het koetshuis krijgt in 1947 als bestemming: expositieruimte voor beeldende kunstenaars. De heer G.J. de Vries, oud leraar Frans en Nederlands aan de van Kinsbergen ULO organiseert de tentoonstellingen. Koningin (later prinses) Wilhelmina, behoort tot de exposerende en regelmatige bezoeksters. Ook de oudheidkundige vereniging Felua heeft in dit museum Moerman vitrines.

In het hoofdgebouw wordt na 27 juli 1949 de ATS gevestigd. Tenslotte gaat alles tegen de vlakte en wordt en de Auto Technische School met latere aanbouw op het terrein neergezet.

Er zullen appartementen en woningen worden gezet.



W. Wijk, oktober 2008